The Northernmost Desert…

After two relaxing days in Palomino, we start our trip to the northernmost point of South America, the desert region of the Guajira Peninsula.
We start with a direct bus to 4 Via, where they put us in a taxi to Uribia. From there we get in the back of a pick up, together with 6 other adults, 6 kids, a couple of goats, a drum of water and some food. Along the railroad we drive in a straight line and see the vegetation change gradually… From trees and green, to cactus and low shrub in the sand. At the same time the temperature rises and the humidity drops. We know it for sure, we’re in the desert along the Caribbean Coast.

When we arrive in Cabo de la Vela, after passing some houses between the cactuses, we’re amazed by the desolate feeling in the village. There’s hardly anything at all there… Except 2 small shops and plenty of hostels. The hardest thing to get in town is water, normally the governments imports it from the mountains, but because of the draught it is hard to get now.

We find a small hostel, where we have a room with seaview… And delicious food. A perfect spot for a couple of days. That afternoon we simply relax, after a long trip to the Cabo.
The next day we make a 3 hour walk to the Pilon de Azucar, a hill at the beach. A beautiful location, great views and a secluded swimming bay. That day we conclude with a delicious langosta – cancer, in our hostel… With a shrimp sauce, delicious and sea fresh!

When we wake up at 5 in the morning, the next morning, we jump in a jeep and drive through the desert along a flamingo lake to Punta Gallinas, the northernmost point… All we see there is a small lighthouse, some lost donkeys in the desert sands and a dune sloping directly into the sea.
A great spot for a day, in the local hostel they serve us some crispy, tasty fishes and a beautiful spot for our hammock. We love the punta!

The day after we return to Cabo de la Vela, for a day off, preparing for the next long, long, long trip to Pijao…

Dinsdag, 17 juni 2014

Noordwaarts…naar Cabo de la Vela. We vertrekken vroeg in de morgen en wandelen naar de hoofdweg waar we onmiddellijk een bus vinden rechtstreeks naar Uribia. Daar nemen we een pick-up samen met 6 andere volwassenen, 6 kinderen en 4 geiten. Die laatste vinden het niet zo leuk want ze liggen op hun rug en met de poten vastgebonden naar boven aan een koord. Ze maken dan ook een hels lawaai.
We zien heel snel het landschap veranderen in een dorre steppe en uiteindelijk in een woestijn met CACTUSSEN. We zien overal geiten lopen. De woningen zijn enkel nog hutten met lemen wanden. We voelen ons net in Afrika.
We hadden een verlaten stuk van Colombia verwacht…maar dit is echt het einde van de wereld. Het is in ieder geval het einde van het Zuid-Amerikaanse continent.
Cabo de Vela heeft geen stromend water. Het water wordt aangevoerd uit het naburig dorp in de bergen, of heuvels. Momenteel heerst er echter droogte en is ook daar geen water te verkrijgen. Het heeft niet meer geregend sinds vorig jaar in november. We kopen dus een emmer zoet water voor 2000 pesos, iets minder dan een euro, en douchen ons elk met een halve emmer. Dit lukt perfect. Dan denk je wel eens aan de duizenden liters water die wij zomaar verkwisten.
We logeren bij een leuke familie in het hospedaje “Cabo Mar”. De moeder des huizes is een echte keukenprinses. Als eerste maaltijd eten we rijst met zeevruchten, garnalen en kleine kreeftjes. En verser dan hier kan je ze niet krijgen. We zitten dus weer schitterend. We hebben er anders wel een neus voor…
Op culinair vlak hebben we zeker niets tekort. We eten tot 3 stukken tropisch fruit per dag en veel groentjes…en nu ook vis. In Palomino probeerden we de “ceviche”. Dit is koude, gekookte vis in limoenssap. Het is een Peruaans gerecht.
Vanavond laten we ons verleiden door een “Sancocho”. Dit is de lokale currysoep met vis, aardappel, maniok, banaan en limoen. Echt Caraïbisch en niet aan te weerstaan!

Woensdag, 18 juni 2014

Vertrek: Cabo de la Vela
Aankomst: Playa Pilón de Azúcar
Wandeling: 1u over zandweg tussen cactussen en lage begroeiing
Tips: hoofddeksel, zonnecrème, voldoende water en sandalen (het zand is te warm om blootvoets te lopen)
Zien jullie het filmpje al afspelen? Twee toeristen op stap door de woestijn…
Het was inderdaad warm maar het uitzicht was de inspanning zeker waard. Kijk maar naar de beelden.
Diezelfde avond laten we ons verleiden door een kreeft. 10 euro en verser kan hij/zij niet zijn! Tijdens het avondmaal zitten we bijna met onze voeten in de zee!

Donderdag, 19 juni 2014

Om volop te genieten van de dag in de woestijn moet je vroeg opstaan. Voor mij moordend maar we zijn hier maar één keer…
Om 5u komt de chauffeur ons ophalen en vertrekken we noordwaarts, dwars door de woestijn. We stoppen aan een meertje met flamingo’s en ibissen. En we hebben geluk want er staat niet veel water in het meer zodat we de vogels heel dicht kunnen naderen. En ze vliegen op en landen terug. Dit hebben we nog nooit gezien! Wat een elegantie! We kunnen niet genoeg krijgen van het spektakel!
Na 2u rijden, komen we aan een zeeham waar we een bootje nemen. Het voelt als een canyon in Australië. Aan de overkant van het water zien we ons hotel. Het terras kijkt uit over de omgeving, één grote zandvlakte.
Na het ontbijt vertrekken we op excursie naar de “faro” (vuurtoren), een meer en de indrukwekkende duinen aan de zee. Ik weet dat we die ook hebben in België maar hier zijn ze wel indrukwekkender. Ja, het gras is altijd groener aan de overkant.
We zitten op het noordelijkste puntje van het zuidamerikaanse continent. Na ” Cabo de Hornos” in Chili (zuidelijkste punt) staan we nu op “Punto Gallinas” in Colombia. En het zijn beiden “extreme” plaatsen, niet voor doetjes ( zowel in ligging als in temperaturen).
Als middagmaal is er het enige wat hier te vinden is: VIS. Hij/zij kan bijna niet in het ovale bord! Het is ” robalo” (roodbaars). Vanavond gaan we er eentje delen.
Nu is het siesta en straks gaan we naar de playa voor de zonsondergang.

Vrijdag, 20 juni 2014

Dezelfde weg terug naar ons vertrouwde hotelleke in Cabo de la Vela waar we om 10u30 aankomen. Het begint goed warm te worden…zelfs uitzonderlijk warm volgens de lokalen. En daar wordt je loom van. Na mijn vissoep neem ik een siesta en slaap tot 4u in de namiddag…